Laura heeft chronische hoofdpijn: “Belangrijk dat je je klas vertelt wat je hebt”
Laura heeft elke dag hoofdpijn, al tien jaar lang. Toch is het haar gelukt om in één keer haar havo-diploma te halen. Helemaal vanzelf ging dat natuurlijk niet. Laura had geluk: haar mentor nam haar serieus en kwam voor haar op. Ook Wouter van Helden van Reach Passend Onderwijs schuift aan bij dit interview. Hij weet alles over het vinden van oplossingen voor scholen en leerlingen, als je een zogenaamde zorgleerling* bent.
Afspraken maken
“In de onderbouw van de havo miste ik steeds meer lessen. Dan belde mijn moeder na een tijdje met school, want we hoorden maar niets. De school werkte niet echt mee bij het vinden van een oplossing.” In de bovenbouw had Laura meer geluk. “Mijn mentor was echt geweldig. Wij maakten de afspraak dat ik minder uren zou volgen, zodat ik zo min mogelijk schooldagen zou missen. Ook hoefde ik bepaalde vakken niet meer te volgen zoals gym. Mijn mentor zat andere leraren ook echt achter hun broek aan. De gymleraar gaf me bijvoorbeeld een nul, omdat ik de lessen niet meer volgde. Mijn mentor zorgde ervoor dat dit een zes werd. Ook mocht ik tijdens een les de klas uitlopen als het niet ging. Dit gaf mij veel rust en dat hielp.”
“Zonder de hulp van mijn mentor had ik mijn diploma nooit gehaald. Achteraf besef ik dat ik er best voor heb moeten vechten.”
Wouter werkt bij Reach Passend Onderwijs. Hij helpt leerlingen en scholen bij het vinden van passende oplossingen, waardoor een leerling met speciale zorgbeoeften toch binnen het gewonen onderwijs kan blijven. Hij vindt dat Laura geluk heeft gehad met een mentor die zo goed met haar meedacht. “Leerlingen zoals Laura zijn eigenlijk altijd gemotiveerd, maar als de school niet meewerkt aan een passende oplossing, wordt die motivatie vanzelf minder. Als een school niet zelf met een oplossing komt, kan ik de school daarbij helpen.” “Gelukkig was dat bij mij niet nodig”, zegt Laura. “Maar zonder de hulp van mijn mentor had ik mijn diploma nooit gehaald. Achteraf besef ik dat ik er best voor heb moeten vechten.”
Onderhandelen
Wouter vertelt dat ouders en leerlingen vaak niet goed weten wat ze moeten doen als een school niet meewerkt aan een passende oplossing. Terwijl hier zelfs regels voor bestaan. “Vooral in de bovenbouw is het makkelijker voor een school om aanpassingen te doen, want dan zijn de PTA’s afgebakend. PTA betekent Programma Toetsting en Afsluiting. Hierdoor is het heel overzichtelijk wat je precies moet doen en hoe je dit samen met de school kunt oppakken. Alle aanpassingen moeten op papier worden gezet en voor de PTA-periodes worden aangemeld bij de examencommissie van de school.”
Laura: “Ik hoefde geen gym te volgen en ik mocht minder boeken lezen voor de talen.” Wouter: “Een school kan vakken aanpassen en je een eigen rooster geven. Zo kun je afspreken dat je minder uren volgt in de vakken waar je goed in bent.” Laura: “Ik was goed in economie en volgde twee van de drie uren op school. De rest deed ik thuis.”
Klasgenoten
Niet alle klasgenoten begrepen het als Laura afwezig was. Laura: “Als ik een bepaald vak niet hoefde te volgen of ik mocht het eerste uur thuisblijven, zeiden ze: “Zo, jij mag lekker uitslapen”.” Ik had gelukkig altijd een weerwoord: “Ik wil best met je ruilen, maar dan krijg je er wel elke dag hoofdpijn voor terug”. Volgens Wouter is het heel belangrijk dat je je klas vertelt wat er met je aan de hand is. “Als het nodig is, ben ik daar bij. Vertel wat je hebt, wat de verschijnselen zijn en wat dit voor jouw schoolwerk betekent. Dit zorgt voor meer begrip. En benadruk dat je niet alleen soms lessen moet missen, maar ook de leuke activiteiten.”
“Ik zorgde er altijd voor dat ik mijn huiswerk bijhield. En door keuzes te maken, lukte het toch om de proefwerken en examens te halen. Hierdoor kon ik rust nemen rond de examens zelf.”
Laura: “Ik kon niet mee met een schoolreis in havo 4. Toen zeiden mijn klasgenoten dat ik niet meewilde, omdat ik niet in een jeugdherberg wilde slapen. Dat was echt niet waar.” Wouter gaat soms als begeleider mee met schoolreizen, dat is fijn voor de leerling en voor de school. Al blijf je uitleggen wat er met je aan de hand is, vervelende opmerkingen vermijd je niet altijd. Laura: “Een vriendin was jaloers op me omdat er uitzonderingen voor mij werden gemaakt. Volgens haar had ik mijn diploma gekregen. Dat is niet zo, ik heb er zó mijn best voor moeten doen.”
Eindexamen
Laura is er heel trots op dat zij haar eindexamen in één keer haalde. Dankzij haar mentor mocht zij haar scheikunde-practicum bijvoorbeeld in drie delen opknippen. “Daar heb je echt iets aan”, vindt Wouter. Laura: “Ik zorgde er altijd voor dat ik mijn huiswerk bijhield. En door keuzes te maken, lukte het toch om de proefwerken en examens te halen. Hierdoor kon ik rust nemen rond de examens zelf. Dat is heel belangrijk, zo doe ik het nu ook. Daarom kan ik nu, de dag voor mijn tentamen, bij dit interview zijn.”
Wouter geeft nog meer voorbeelden van afspraken die je met jouw school kunt maken:
- Opsplitsen van je eindexamen. Je kunt ervoor kiezen om in de laatste twee jaren je vakken op te splitsen, zodat je niet elke dag naar school hoeft te komen. Je doet dan bijvoorbeeld in Havo 4 een paar vakken, waar je dat jaar ook alvast eindexamen in doet. Een jaar later doe je eindexamen in de andere vakken.
- Meer tijdvakken. Gebruik meer tijdvakken bij de landelijke examens. “Spreek bijvoorbeeld af dat je in de maand mei in drie vakken eindexamen doet. Als de herexamens in juni zijn, doe je eindexamen in de overige vakken. Als je een vak niet haalt, kun je in het derde tijdvak in augustus dat examen nog overdoen. Dat is dan alleen niet op je eigen school.”
- VAVO “Ten slotte kun je er ook voor kiezen om bijvoorbeeld in drie vakken eindexamen op je eigen school te doen en de rest van de vakken een jaar later op de VAVO, het Voortgezet Algemeen Volwassenen Onderwijs. Je eigen school moet hier wel aan willen meewerken, want je blijft ingeschreven op die school en zij betalen ervoor. Willen ze dit niet, dan moet je zelf een hoop geld betalen.” Wouter: “Er zijn dus veel manieren om je cijfers bij elkaar te sprokkelen en te slagen. Belangrijk is dat je in actie moet komen als het niet goed gaat. Als je dat niet doet, heb jij een probleem en de school ook.”
Samenwerkingsverband
Wouter: “Ik adviseer ouders en leerlingen om zo snel mogelijk in gesprek te gaan met school om aan te geven dat er speciale afspraken nodig zijn. Essentieel is dat er in ieder geval één persoon is binnen de school die dicht bij jou staat, met je meedenkt en voor je opkomt. Om leerlingen zoveel mogelijk passend onderwijs te kunnen bieden, zijn scholen regionaal georganiseerd in een samenwerkingsverband. Dit samenwerkingsverband bepaalt hoe een zorgleerling wordt opgevangen. Er zijn bijvoorbeeld samenwerkingsverbanden die mij inschakelen om voor scholen beschikbaar te zijn als zij vragen hebben. Het samenwerkingsverband betaalt mij hiervoor. Er zijn wel verschillen, want sommige samenwerkingsverbanden roepen eerder externe hulp in dan andere. Hoewel ouders soms denken dat hun kind beter af is op een andere middelbare school, is dit niet altijd zo. Bij scholen in dezelfde regio krijg je namelijk te maken met hetzelfde samenwerkingsverband.”
Hulp inroepen
Volgens Wouter kleven en nog veel haken en ogen aan het passend onderwijs. “Toch zijn er genoeg instanties die je kunt inroepen om je te helpen als je er niet uitkomt met de zorgcoördinator van jouw school: de leerplichtambtenaar, MEE (www.mee.nl), het samenwerkingsverband en de directie van de school. Wat je moet voorkomen is dat je zoon of dochter thuis komt te zitten. Want dan moeten scholen samen met de leerplichtambtenaar een oplossing forceren. Dit kun je beter voor zijn door goede contacten met de school te onderhouden en regelmatig te evalueren én op tijd hulp in te roepen. Kom je er niet uit met een school en het samenwerkingsverband, zoek dan hulp via www. onderwijsconsulenten.nl. Dit zijn bemiddelaars die met je meedenken.”